Biedt linked data toegevoegde waarde om de basisregistraties beter te benutten? In juli 2020 sloten medewerkers van Kadaster, Provincie Noord-Holland, Netage, IHW en Geonovum zichzelf vijf dagen op om deze vraag in de praktijk te toetsen. Zij werden positief verrast door de goede ondersteuning die er inmiddels bestaat voor linked data. En ondanks dat geo-basisregistraties inhoudelijk steeds verder op elkaar worden afgestemd, is linked data onmisbaar om de geo-basisregistraties niet alleen te koppelen, maar ook in samenhang te kunnen gebruiken.
Heel kort gezegd zijn dat de belangrijkste bevindingen na vijf dagen intensief experimenteren. Aan de hand van twee use cases verkenden de deelnemers in de innovatiesprint de toegevoegde waarde van linked data om meer waarde te halen uit bestaande registraties. De verbindende kracht van linked data is daarin duidelijk naar voren gekomen. Aan de hand van een use case rond de impact van een brand in Rotterdam en de vraag waar is het (vervuilde) bluswater terecht gekomen na een brand in Castricum, ging het team aan de slag. De uitkomsten van de innovatiesprint worden meegenomen in het programma Doorontwikkeling (Basisregistraties) in Samenhang (DIS-Geo) bij het Ministerie van BZK.
Samenhang werkt echt
Met een combinatie van de juiste standaarden en tooling met ondersteuning voor deze standaarden, hebben we gezien dat bevragen van Basisregistraties in samenhang prima werkt. Ook de ondersteuning in de markt voor geografische linked data is inmiddels goed. Een gebruiker kan naadloos van de ene naar de andere registratie doorklikken en kan geo- en andere vragen stellen over de grenzen van registraties heen. De relaties tussen bijvoorbeeld de WOZ, BAG en BRK zijn direct inzichtelijk te maken zonder dat je alle data in één systeem hoeft te laden. Ook als een organisatie vanuit een interne, gesloten dataset via linked data een relatie legt naar een basisregistratie, is die koppeling direct bruikbaar. De interne dataset kan dan direct worden verrijkt met gegevens uit de basisregistratie. Dit is te zien in de Castricum use case. De relatie met de basisregistratie kan ook dienen als kwaliteitscheck voor de interne data. Zie daarvoor de lessons learned over Uniforme referentie naar basisregistraties. Bovendien kan je met behulp van linked data vanuit één bron toegang bieden tot een grote diversiteit aan gegevens. Dat is een groot voordeel vanuit gebruikersperspectief.
Uitdagingen
De Nederlandse Basisregistraties zijn bij uitstek geschikt om naar te linken. Het gebeurt echter nog weinig. Dat is overigens meer te wijten aan ontbrekende organisatie en verantwoordelijkheden dan aan technische oorzaken. Geodata worden echter pas een echt onderdeel van het web van data, als zij administratieve links bevatten naar andere data op het web. De Spatial Data on the Web Best Practices van W3C/OGC beveelt dit ook aan.
Aan de andere kant is het niet te doen om àlle mogelijke ruimtelijke relaties die er zijn tussen objecten, administratief vast te leggen. Dit zou veel te veel relaties opleveren, waardoor gebruikers door de bomen het bos niet meer zien. De vraag: “welke ruimtelijke links zou je moeten vastleggen, en welke niet?” geeft de werkgroep dan ook mee aan het programma DISGeo voor nader onderzoek.
Bevindingen op een rij
Alle resultaten uit de innovatiesprint zijn gedocumenteerd. In het overzicht hieronder vind je de links naar alle resultaten.
- Lessons learned document (zie ook de resultaten van de eerste demonstrator februari 2020.)
- Github omgeving voor ontwikkeling
- Lab omgeving met data, breed raadpleegbaar:
- Eindpresentatie op dinsdag 14 juli: Innoveren voor DisGeo
- Communicatie-activiteiten, waaronder een video waarin de 3D Rotterdam omgeving wordt gedemonstreerd
- Zie ook het DiS Geo webinar dat op 14 juli werd gegeven