‘Het kabinet wil alle dienstverlening voor ondernemers zoveel mogelijk digitaal regelen.’ Dat schreef minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie bij het aanbieden van de Digitale Agenda.nl in mei. Dat dit verder gaat dan het online aanbieden van aanvraagformulieren blijkt uit een gesprek met Aart Monster.
“We willen in Nederland een kleine overheid, met zo min mogelijk ambtenaren”, vertelt Aart Monster. “Tegelijkertijd willen we een overheid die hoogwaardige dienstverlening biedt. En ondernemers zijn vooral gebaat bij lage administratieve lasten. Boeken van efficiencywinst aan zowel de kant van de overheid als aan de kant van de ondernemer is mogelijk door verdere automatisering. Standaardisatie is daarvoor een randvoorwaarde.”
In de agrosector wordt in het kader van nationale en Europese regelgeving veel informatie uitgewisseld, onderling en met het ministerie. Dat kan op papier, via internet en als het aan het aan de agrosector ligt, ook rechtstreeks vanuit het bedrijfssysteem van de ondernemer.
De ondernemer heeft het al ingevoerd...
“Wat je ziet, is dat veel gegevens die het ministerie nodig heeft, ook in het bedrijfsmanagementsysteem van de ondernemer staan. Waarom zou je als ondernemer dan gegevens gaan overtypen? Het is veel makkelijker als de gegevens in het systeem van de ondernemer ook gebruikt kunnen worden om ‘zaken te doen’ met de overheid.”
... en informatie is soms ook af te leiden
Bij de ontwikkeling van formulieren is winst te boeken door de beschikbare digitale gegevens optimaal te benutten. “Op dit moment moet een ondernemer
nog zelf opgeven hoeveel aardappelen hij op zeeklei gaat telen. Maar de locatie van elk perceel is exact bekend. Op basis van die locatie is via andere bronnen
de ondergrond te vinden. Als de teler het gewas opgeeft dan kan het ministerie dus zelf afleiden dat het om ‘aardappelen op zeeklei’ gaat.”
Als we maar dezelfde taal spreken
“Om uitwisseling tussen de verschillende applicaties van overheid en ondernemers mogelijk te maken, zijn we afhankelijk van standaarden. Iedereen moet dezelfde termen gebruiken en op dezelfde manier
gegevens kunnen uitwisselen. Dat vraagt intensieve samenwerking en omdat regelingen dynamisch zijn, permanente samenwerking tussen publieke en private partijen. We beginnen klein, maar uiteindelijk moet ook pro-actieve dienstverlening van overheid richting ondernemers mogelijk zijn. Met dank aan
standaarden.”
